10
mei
2019
|
10:52
Europe/Amsterdam

Brievenbuspraat: Hoi Samir. Hoi Marco.

Samenvatting

Het komt gelukkig niet vaak voor, maar soms komt de inspecteur twee keer dezelfde schoonmaker tegen die niet in Nederland mag werken. En dan ook nog bij hetzelfde bedrijf. Dit is het verhaal van schoonmaker Samir en zijn werkgever met een zogenaamd schaamtegevoel.

brievenbus van buiten naar binnen

Inspecteur Marco gaat altijd ‘vissen waar de vis zit’. Dus gaat hij zondagochtend om 03.00 uur met zijn collega’s op pad om te kijken of er wel netjes wordt schoongemaakt in de horeca. “Natuurlijk gaan we niet zomaar op pad. We hebben voorverkenningen gedaan en we weten waar we op moeten letten. Je weet dat het tot in de kleine uurtjes gezellig is, de schoonmaker komt daarna pas. Horecagelegenheden met dichte gordijnen en brandend licht hebben onze aandacht. Straatwijsheid noemen we dat.”

Straatwijsheid

Die betreffende zondagochtend in mei komen de inspecteurs bij een horecapand die voldoet aan hun straatwijsheid. Marco klopt op de deur. Er wordt niet opengedaan. Nog een keer kloppen, het blijft nog steeds muisstil. Dan maar even bellen naar het 06-nummer dat op het raam staat. Hij krijgt iemand aan de lijn met een schorre stem, hij is waarschijnlijk net wakker.

“Dan ben ik resoluut. Ik eis dat hij die persoon belt om de deur open te doen. Zo niet, dan maken we de deur gewoon van buiten open. En ja hoor, na enkele minuten wordt de deur netjes opengedaan. Onze schoonmaker is een Ethiopiër die al jaren in Nederland woont. Hij zit in een asielprocedure en mag hier niet werken. Hij heet Samir.

Na een verhoor vragen we altijd of we de verklaring nog even moeten voorlezen. Samir geeft aan dat hij het zelf wel even leest. Ik draai de laptop om en vervolgens leest Samir zelf zijn verklaring goed voor. Toch bijzonder.

Natuurlijk zoeken we ook contact met zijn baas. We nodigen hem op een net tijdstip uit, niet weer vroeg in de ochtend. En eigenlijk weet je al hoe zijn reactie is. Schaamtevol, want dit had ‘natuurlijk niet mogen gebeuren en het zal nooit meer gebeuren’. Tijdens het gesprek zit hij toch wel wat ongemakkelijk en hij neemt de schuld op zich. Het was moeilijk om schoonmakers te vinden en hij dacht dat Samir wel mocht werken. We kennen het verhaal.”

Brievenbus

“Het blijft bij zo’n zaak natuurlijk niet bij één controle. Je voelt in het gesprek met de werkgever dat het allemaal niet klopt, ook al zegt hij dat het niet meer zal gebeuren. In je achterhoofd weet je dat hij blijft proberen om goedkope arbeidskrachten aan het werk te zetten.

Zo’n anderhalve maand later gaan we zondagochtend vroeg dus maar weer eens kijken. Dichte gordijnen, een streepje licht. Er werkt iemand, dat is duidelijk. Ik zie een kleine opening en ik ben er heilig van overtuigd dat het weer Samir is. Ik roep door de brievenbus: “Hoi Samir, doe je de deur even open?”

Even later gaat de deur gaat open en Samir zegt in de deuropening: “Hoi Marco.” Een weerzien waar je eigenlijk niet op hoopt. Gekscherend zeg ik tegen Samir: “Hoe zullen we het doen? Type je zelf je verklaring?” Dat vindt hij toch niet zo’n goed idee. We stellen opnieuw een verklaring op en ik geef aan dat hij echt moet stoppen met werken. Even later zien we hem op de fiets wegrijden. Het is nog donker.

En de baas?

“We hebben zijn baas twee keer uitgenodigd voor een gesprek. Hij is niet verplicht om te komen om een verklaring af te leggen en hij is niet gekomen. Dat had ik ook niet verwacht. Binnenkort gaan we weer eens langs om te kijken of het nu wel in orde is. Samir werkt er waarschijnlijk niet meer, maar de kans is groot dat we hem nog wel ergens anders tegenkomen.