28
oktober
2019
|
14:09
Europe/Amsterdam

Krioelende maden in te warme werkruimte

Samenvatting

Ratten, maden en een oververhitte expeditieruimte. Hoe drie inspectiebezoeken binnen vier weken en een goede samenwerking, ervoor kan zorgen dat er weer gezond en veilig gewerkt kan worden. Werknemers en buurtbewoners opgelucht en tevreden.

Het is augustus als collega inspectiedienst DCMR bij ons een melding doet van onder andere warmteklachten van werknemers in de expeditieruimte van een landelijk bekende supermarkt in het Rijnmondgebied. Maar er zou ook sprake zijn van ongedierte als ratten, muizen en maden.

“We besloten om de melding direct in behandeling te nemen, enerzijds vanwege de problematiek, anderzijds om een collega inspectiedienst ter wille te zijn”, zegt inspecteur Willem die een paar dagen later al aan het bureau zat van zijn collega bij de DCMR. “Ja ze waren inderdaad een beetje verrast dat we zo snel in actie kwamen”. Wat Willem toen nog niet wist dat DCMR al sinds 2017 regelmatig stankklachten kreeg van bewoners die boven de supermarkt wonen.

“Op 26 augustus zijn we gezamenlijk naar de supermarkt gegaan en hebben we gesproken met de bewoners. Ik merkte dat de bewoners blij waren dat twee inspectiediensten nu samen hun klachten serieus namen. Dat dan ook nog de Arbeidsinspectie een onderzoek zou starten, was voor de bewoners reden om te veronderstellen dat het dan wel goed zou komen, zo werd mij toegefluisterd”.

Levende maden

“We liepen bijna letterlijk tegen een muur van hitte op toen we naar de expeditieruimte gingen en we werden onpasselijk van de stank die in die ruimte hing. Binnen 5 minuten liep de thermometer van 27 graden buiten naar meer dan 35 graden binnen in de ruimte. Niet verwonderlijk want we zagen vier airco-buitenunits die hun warme lucht naar binnen bliezen.

Die stank? Ik opende een afvalcontainer en zag honderden levende maden krioelen. Ook in het half gestolde vleesvocht op de vloer en andere onbestemde natte vlekken waren levende maden te zien. Her en der zag ik ratten- en muizenvallen staan”.

In de ruimte kwamen gemiddeld vier keer per dag vrachtwagens laden en lossen voor de supermarkt. Maar daarnaast stonden in de ruimte ook afvalcontainers van restaurants en een vleesverwerkend bedrijf die vlakbij de supermarkt zijn gevestigd.

“Een goed gesprek met de assistent supermarktmanager volgde. Hij zei dat de klachten bij hem bekend waren en dat hij graag mee wilde werken aan een oplossing. En hij zou contact opnemen met het hoofdkantoor. Drie dagen later zaten we weer bij hem aan tafel. Dat de Arbeidsinspectie langs was geweest had het hoofdkantoor inderdaad aan het denken gezet en er was actie ondernomen. Zelf had hij de afvalcontainer van de supermarkt al naar het gekoelde magazijn van de supermarkt laten overbrengen. Ik constateerde dat de vloer in de expeditieruimte er al een stuk schoner uitzag in vergelijking met mijn vorige bezoek. Er werd kennelijk al beter en vaker schoongemaakt. Verder trof ik ook veel minder maden aan”.

“Aan de NVWA gaf ik een collegiaal signaal, zodat zij ook op het terrein van voedselveiligheid daar eens konden gaan kijken. Ook nam ik contact op met mijn collega Monique van ons Informatie Kennis Centrum (IKC). Zij is specialist arbeidshygiëne. Met haar heb ik deze zaak uitgebreid besproken. Hierdoor kon ik op Arbo gebied korte klappen maken”.

Arbeidsinspectie

“Niet lang daarna werd ik gebeld door de Afdeling Safety & Aftercare van de supermarktketen. Zij hadden van de problemen gehoord en wilden snel met mij praten. Natuurlijk op de plek waar de problemen speelden. Ook vertelden ze dat ze al in overleg waren met de vastgoedbeheerder en de andere bedrijven om tot een oplossing te komen”.

Het is dan half september. Willem gaat weer naar de expeditieruimte. Hij heeft daar met de supermarktmanager en de manager van de Afdeling Safety & Aftercare afgesproken. Ze zijn duidelijk van goede wil en willen de problemen die er nog zijn snel oplossen. “Ik heb echt het idee dat gedurende dit onderzoek elk bedrijf, iedere organisatie, alle gesprekspartners die hierbij betrokken waren een stapje harder gingen lopen omdat de Arbeidsinspectie zich ermee ging bemoeien”.

Duidelijk is dat de eerste stappen naar een beter en gezonder werkklimaat in de expeditieruimte gezet zijn. Rolcontainers waren al verplaatst. De beheerder had al laten weten dat de vier airco units verwijderd zouden worden. Er zou ook gekeken worden naar een nieuw luchtverversingssysteem in de expeditie ruimte.

”Tijdens mijn laatste inspectiebezoek trof ik geen ongedierte meer aan en was de vloer in de expeditieruimte goed schoon. Het is toch mooi dat in vier weken tijd met drie inspectiebezoeken van ons, en in samenwerking met collega inspectiediensten, de supermarktketen en de vastgoedbeheerder de urgentie zien om tot actie over te gaan. Mooi is dan dat de problemen al grotendeels zonder handhaving opgelost zijn dan wel een behoorlijke aanzet daartoe is gegeven. Natuurlijk hou ik de vinger aan de pols bij de supermarktketen. Mijn collega van de DCMR heeft nog contact met de bewoners gehad. Zij zijn voorlopig ook tevreden. Maar we moeten natuurlijk wel blijven kijken of het goed blijft gaan. Een mooi moment zal komende zomer zijn. Dan gaan mijn collega en ik zeker nog even kijken daar,” aldus inspecteur Willem.